Kleine drijvende werktuigen blijven in gebruik

Artikel delen

In Nederland zijn vele kleinere drijvende werktuigen in gebruik bij waterbouw, baggerwerk en oeveronderhoud. Door EU regelgeving wordt deze vloot aangemerkt als ‘binnenschip’ en dient deze vloot na 30 december 2018 te beschikken over een certificaat. Duizenden van deze vaartuigen dreigen daardoor afgekeurd te worden doordat ze het verplicht gestelde certificaat niet kunnen behalen.

Foto: KLAAR Baggertechnieken.

Door aangepaste regelgeving, in nauwe samenwerking tussen brancheorganisaties en het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat ontwikkeld, kunnen de drijvende werktuigen toch gekeurd worden en operationeel blijven.
De vloot van de leden van CUMELA Nederland en de Vereniging van Waterbouwers is groot en divers. Tot op heden was er beperkte regelgeving voor de kleinere drijvende werktuigen. Vanaf 1 januari 2019 zijn alle drijvende werktuigen, ongeacht hun grootte of volume waterverplaatsing, certificaat plichtig door de EU richtlijn 2006/87/EG. Middels een keuring door een onafhankelijk inspecteur moet de technische geschiktheid blijken voor de werkzaamheden die het drijvend werktuig uitvoert. De eisen zijn onder meer gericht op stabiliteit van het vaartuig en veiligheid van de bemanning.

Onmogelijk?

Vooral voor het kleinschalige materieel (soms maar enkele meters lang) hebben CUMELA Nederland en de Vereniging van Waterbouwers langdurig en actief aandacht gevraagd bij het ministerie van I en W en Inspectie Leefomgeving en Transport. De duizenden kleine vaartuigen (denk aan maaiboten, baggerbootjes die in sloten opereren, kleine pontons en werkschepen van beperkte afmetingen) zouden namelijk nooit door de keuring komen door de gestelde technische eisen.

Technische eisen

In goede samenwerking hebben partijen gewerkt aan een regeling voor de kleinere drijvende werktuigen. Het kleinere materieel is ook certificaatplichtig maar de regeling is toegesneden op het specifieke vaargebied en de geringe omvang van deze vaartuigen. De vaartuigen zijn kleiner dan twintig meter, hebben een beperkte boxmaat en zijn na 30 december 2008 gebouwd. Oudere kleine drijvende werktuigen worden tot 31 december 2018 gecertificeerd op basis van artikel 8 van richtlijn 2006/87/EG en artikel 29 van richtlijn (EU) 2016/1629. Door de keuringsinstanties wordt getoetst of zij geen klaarblijkelijk gevaar opleveren.
Het specifieke pakket aan technische eisen voor kleinere drijvende werktuigen is neergelegd in de “Regeling tot wijziging van de Binnenvaartregeling in verband met de toevoeging van een bijlage met voorschriften voor kleine drijvende werktuigen”. Deze regeling treedt met ingang van 7 oktober 2018 in werking en is hier te downloaden.