Kiezen voor minder bekende houtsoorten
In 2020 nam houttoepassing in de bouw een flinke vlucht. Anders is het in de grond-, weg- en waterbouw, waar de toepassing van hout eerder terugloopt, vooral waar het tropisch hout betreft. Dat is opvallend én jammer, omdat ook in de GWW de potentie en meerwaarde van houtgebruik enorm is door de klimaatvoordelen en de circulaire mogelijkheden. Kiezen voor gecertificeerd hout geeft bovendien bescherming aan de bossen in de herkomstgebieden die bedreigd worden. Opdrachtgevers en uitvoerders kunnen hierin een extra verschil maken door de houtsoorten die ze kiezen.
Tekst: Mark Kemna, FSC Nederland
Omvong: een houtsoort die prima geschikt is voor toepassing in projecten in de GWW-sector, bijvoorbeeld als alternatief voor Azobé. Toch is deze Afrikaanse houtsoort nauwelijks bekend bij de Nederlandse aannemers en opdrachtgevers. Een ander voorbeeld is Okan. Weliswaar bekender van naam, maar het wordt slechts in beperkte mate toegepast in de grond-, weg- en waterbouw. Kenmerkend voor de meeste GWW-projecten in Nederland is dat te zwaar wordt ‘geleund’ op enkele gangbare soorten. Terwijl het voor het duurzaam beheer van tropische bossen beter is om een zo groot mogelijke variëteit aan houtsoorten toe te passen.
Schrijf voor op prestatie
Het is niet vreemd dat een projectverantwoordelijke kiest voor een houtsoort waar al jarenlang ervaring mee is opgedaan. Maar in het perspectief van verantwoord bosbeheer is dat niet altijd handig. Een eenzijdige vraag naar bepaalde houtsoorten leidt tot een zeer beperkte oogst, het bos wordt in haar diversiteit aan boomsoorten onvoldoende benut. Dat is een flink probleem voor de FSC-bosbeheerder, die veel investeert om het bos goed te beheren. Een eenzijdige vraag leidt bovendien tot een beperkt aanbod en volume van tropisch FSC-hout op de markt. Met zo’n beperkt en daardoor vaak duur aanbod is uiteindelijk de opdrachtgever ook niet gediend. Alle reden om te streven naar meer diversiteit in toegepaste soorten tropisch hout. En dat begint met het voorschrijven op prestatie in plaats van op specifieke houtsoort.
Onderzoek EXPO Duurzame Waterbouw
Dat de prestaties van minder bekende soorten niet onderdoen voor de gangbare soorten blijkt ook uit onderzoek in Friesland. De Stichting Hout Research (SHR) bestudeerde afgelopen jaar in opdracht van Stichting Probos de kwaliteit van verschillende houtsoorten die zijn gebruikt bij de inrichting van jachthaven ‘De Drijfveer’ in Akkrum. Daar ontstond in 2009 een eiland met rondom aanlegplaatsen voor plezierjachten. Op initiatief van de Stichting Hardhoutalternatieven kwam er ook een zogenoemde ‘Expo Duurzame Waterbouw’. In de constructies van een aantal walbeschoeiingen en aanlegsteigers werd een grote variëteit aan (tropische) houtsoorten toegepast. De onderzoekers wilden jaren later kijken hoe deze verschillende materialen eraan toe zijn.
‘Business-case duurzaam bosbeheer verbeteren’
Mark van Benthem van Probos, opdrachtgever het onderzoek: “We onderzochten ook een aantal tropische houtsoorten die minder bekend zijn of minder gebruikt worden. Het is belangrijk de business-case voor duurzaam bosbeheer te verbeteren. Een breder aanbod van interessante houtsoorten op de markt helpt daarbij. Bovendien voorkomt het roofbouw op de gangbare soorten en blijft de boomsoortensamenstelling voor de toekomst ook beter op orde. In het geval van de jachthaven in Akkrum, hebben we bijvoorbeeld gekeken hoe soorten als manbarklak, angelim pedra, aldina, faveira amargosa en padoek zich na 10 jaar in de praktijk verhouden. Uit het onderzoek blijkt dat deze soorten goed scoren en het verdienen om meer toegepast te worden.”
Prachtige kans
FSC Nederland is sinds 2018 in samenwerking met een groep Europese importeurs een initiatief gestart om minder bekende of minder gebruikte Afrikaanse houtsoorten te promoten. In de Congo Basin liggen veel mogelijkheden om bossen te certificeren en op die manier te beschermen tegen kaalkap en bosbeschadiging. Zo sprak de Gabonese overheid afgelopen jaar de ambitie uit om 13 miljoen hectare bos duurzaam te gaan beheren volgens de FSC-principes. Een prachtige kans, die echter alleen rendabel is voor bosbeheerders als niet alleen de gangbare maar ook minder bekende houtsoorten een afzetmarkt vinden. En daarmee de diversiteit van het bos ten volle wordt benut.
Afgelopen jaar zijn daarom door het genoemde initiatief negen houtsoorten geselecteerd die de komende jaren worden toegepast in pilots in de woningbouw en de GWW-sector. Op die manier kunnen Nederlandse bouwers en opdrachtgevers kennis maken met houtsoorten die ze normaliter niet tegenkomen in projecten. Gemeenten, waterschappen en andere opdrachtgevers in de GWW worden de komende maanden benaderd om deel te nemen in een pilot.