Waterbeheer op straat

“Wij willen u inspireren in wat u kunt doen aan waterbeheer op straat”, opent Mirjam Rosman, Manager Marketing & Communicatie van MBI, het webinar over dit onderwerp. Wie aan de afgelopen zomers denkt, denkt vooral aan warmte en droogte. Maar die droogte werd wel afgewisseld door zware buien die plaatselijk tot veel wateroverlast en schade hebben geleid. Hoe kunnen we zorgen dat dit regenwater niet in het riool verdwijnt, maar zoveel mogelijk wordt vastgehouden in de bodem, zonder dat er wateroverlast ontstaat? Diverse sprekers reikten oplossingen aan tijdens het door MBI en IDS Group georganiseerde webinar. GWW Totaal keek en luisterde mee.

Tekst: ing. Frank de Groot
Beeld: MBI, tenzij anders vermeld

straat met water

Foto: Frank de Groot.

“Wordt het pompen of aanpassen? En wat kost dat dan eigenlijk?”, opent Bertrick van den Dikkenberg, sr. adviseur stedelijk water en klimaatadaptatie bij ingenieursbureau BOOT zijn presentatie. BOOT is actief binnen alle facetten van de openbare ruimte. Bertrick toont een onderzoek van ingenieursbureau Sweco waaruit blijkt dat er 42 tot 83 miljard euro nodig is om de Nederlandse steden tot 2050 te beschermen tegen de gevolgen van klimaatverandering. De verwachte schade zonder maatregelen is echter lager: 36 tot 62 miljard euro. Het is dan ook maar de vraag of het verstandig is om alle mogelijke maatregelen te nemen, concludeert Sweco.

Deltaplan

Bertrick noemt het Deltaplan Ruimtelijke Adaptatie uit 2018. Dit is een gezamenlijk nationaal plan van gemeenten, waterschappen, provincies en het Rijk met concrete acties en doelen voor de verantwoordelijke overheden om adaptief in te spelen op de klimaatverandering. Het Deltaplan is opgebouwd volgens zeven ambities:

  • Kwetsbaarheid in beeld: gemeenten/waterschappen brengen de kwetsbaarheid in beeld door middel van een stresstest.
  • Bewustwording risico’s: gemeenten/waterschappen/provincies starten een dialoog met gebiedspartners om bewustzijn over kwetsbaarheid voor extremen te vergroten.
  • Samen uitvoeren: gemeenten/waterschappen/provincies stellen met elkaar een uitvoeringsagenda op.
  • Meekoppelkansen benutten: klimaatrobuustheid betrekken bij elke nieuwe ontwikkeling.
  • Stimuleren en faciliteren: er komt een landelijk platform om kennis en ervaring samen te brengen.
  • Regulering en borging vormgeven: bekijken of aanpassen van regels nodig is.
  • Handelen bij calamiteiten: er worden afspraken gemaakt met de veiligheidsregio’s.

Inzicht in de kwetsbaarheid voor weersextremen is de basis voor ruimtelijke adaptatie. Daarom hebben gemeenten, provincies, waterschappen en het Rijk in het Deltaplan Ruimtelijke Adaptatie afgesproken dat ze uiterlijk in 2019 samen met betrokkenen de kwetsbaarheden in hun gebied in kaart brengen met een stresstest. “Daarbij komt de keuze weer in beeld: gaan we accepteren of investeren? Wat zijn technische oplossingen en wat kunnen we meekoppelen? Moeten we stimuleren of regels maken? En hoe moeten we handelen als het onverhoopt toch ergens nog mis gaat?”

Extreme neerslag

Welke ontwikkelingen in neerslag kunnen wij verwachten tot 2050? Het KNMI heeft berekeningen gemaakt, die zijn weergegeven in de KNMI’14 scenario’s uit 2014. Uit de berekeningen blijkt dat de kans op hogere temperaturen toeneemt, alsmede een sneller stijgende zeespiegel, nattere winters, heftiger buien en kans op drogere zomers. Patrick: “We zien daarin piekberekeningen van 130 mm in 48 uur, tijdens zware regen in augustus 2010. Transformatie van deze extreme situatie naar 2050 leidt tot een toename van de berekende hoeveelheid neerslag naar 180 mm en het gebied met meer dan 100 mm neerslag is bijna twee keer zo groot. Het aantal dagen met meer dan 50 mm neerslag neemt ook toe. Bedenk daarbij dat een riolering is berekend op 20 mm per uur!”
Volgens Bertrick is de verwachting altijd geweest dat die stijging naar 2050 toe alleen maar door zou zetten: “Dat betekent dat we rioleringen zwaarder moeten dimensioneren, maar dat we ook moeten kijken naar andere voorzieningen, zoals waterregulerende bestrating, wadi’s en infiltratievoorzieningen om het water langdurig een plek te geven in de openbare ruimte.”
In 2021 brengt het KNMI het Klimaatsignaal’21 uit. Deze duiding omvat de nieuwste inzichten ten aanzien van zeespiegelstijging, extreme neerslag, droogte, het stedelijk klimaat en de snelheid van veranderingen. In 2023 komt er uiteindelijk een nieuwe scenario-tabel die de KNMI’14 scenario-tabel vervangt. “Ik kan u vers van de pers vertellen dat KNMI tot nieuwe inzichten is gekomen. Het blijkt namelijk dat door de opwarming van de aarde ook de bovenluchten opwarmen. Hierdoor worden de stijgstromen vanaf het aardoppervlak minder sterk. Bovendien kan warme lucht meer vocht bevatten. Deze twee factoren hebben een dempend effect op het ontstaan van zware buien, waardoor de verwachting nu is dat de zwaarte van de buien in de toekomst niet extreem zal toenemen.”

Hittestress en droogte

Naast zware buien – die dus gelukkig niet nog extremer lijken te worden – hebben we ook te maken met hittestress en droogteperioden. Ook die fenomenen horen bij klimaatverandering. “Dat heeft zelfs tot gevolg gehad dat er in diverse gemeenten woningen zijn verzakt en er dus directe schade is ontstaan. Daarnaast hebben we hittestress, dat een soort sluipmoordenaar is. In het Coronajaar 2020 zien we tijdens de zomer – toen Corona bijna weg was – een plotselinge piek in de oversterfte. In het voor- en najaar zagen we ook pieken, maar die werden veroorzaakt door Corona. Deze piek werd echter veroorzaakt door een hittegolf. In een jaar zonder Corona, was die piek nog veel hoger geweest. Ook daar moeten we dus wat aan doen!”
Wat kunnen we daar aan doen? “Heel belangrijk is schaduwvorming. Dat kan door bomen, zonwering of zodanig ontwerpen dat de zon zoveel mogelijk uit het gebouw wordt gehouden. Maar denk ook aan het vervangen van donkere tegels in tuinen door groen. Gebruik verder materialen met lichte kleuren die warmte weerkaatsen, in plaats van absorberen. Stedelijke gebieden blijven in de zomer in de nachten vaak erg warm, doordat donkere materialen dan hun opgenomen warmte weer afgeven.” Gedrag is eveneens belangrijk: “Begin in de zomer wat eerder en stop vroeger op de middag. Neem dus ook sociale maatregelen.”
Ten aanzien van droogte is het van belang dat we water vasthouden in de haarvaten van ons systeem; dat zijn de straten en tuinen. Bertrick: “Maar stilstaand water aan het oppervlak willen we ook niet, in verband met bijvoorbeeld de tijgermug. Dat leidt dus tot keuzestress. We kunnen kiezen voor het Frans model, Dutch design of samen kansen inkoppen. Het Franse model houdt bij nieuwbouw rekening met wateroverlast. Zorg bijvoorbeeld voor veilige, hoog liggende vluchtwegen en voorkom dat kwetsbare functies zich in kelders of op de begane grond bevinden. Bij het Dutch design bouwen we dijken om het water juist tegen te houden. Die dijken ontwerpen we op een overstromingskans van eens in de duizend tot wel honderdduizend jaar. Willen we die veiligheid ook bieden door de capaciteit van de rioleren te vergroten? Of gaan we er tussenin zitten?”
Bertrick bepleit ervoor om omwonenden duidelijkheid te geven over de eventuele risico’s en daar de maatregelen op af te stemmen. “Zeventig procent van de ruimte in stedelijke gebieden is particulier en 30 % is openbaar. Stimuleer daarom bewoners ook om zelf actie te ondernemen, zoals het ontharden van de tuin en groen aan te planten. Ook gemeenten moeten keuzes maken voor de openbare ruimte. Tauw heeft berekend dat er geen extra kosten zijn, als we de aanpak mee laten liften bij het revitaliseren van de openbare ruimte. Sweco noemt de al eerder genoemde schadebedragen van 2018 tot 2050 van 36 tot 62 miljard euro, als we niets doen. De waarheid zal wel ergens in het midden liggen. Ga samen aan de slag en leer van de producten en diensten die er op het gebied van klimaatadaptatie al zijn.”

Oplossingen MBI

“Als producent van ongewapende bestratingsmaterialen hebben we een grote impact op de inrichting van de openbare ruimte. Dat betreft alle gebruiksgebieden in de buitenruimte, zoals werken, winkelen, welzijn, wegen en wonen”, zegt Mirjam Rosman van MBI, met als nevenfunctie Teamlid Duurzaamheid. “Het gaat vooral om samenwerking. We kunnen allemaal een stukje aandragen voor een klimaatadaptieve leefomgeving.”
Een video toont de oplossingen die MBI biedt ter ondersteuning van de klimaatadaptieve inrichting van de buitenruimte. Zo is er het Porodrain®-systeem. Dit bestaat uit waterpasserende bestrating en een infiltrerende fundering van poreuze lava korrels. Het systeem bergt, infiltreert, zuivert en voert hemelwater vertraagd af. Afhankelijk van de locatie en hoeveel hemelwater afgekoppeld moet worden, kan het noodzakelijk zijn extra afwateringsgoten te plaatsen om piekbelastingen op te vangen. Zo is er de HERBALINEA die 22% open ruimte heeft tussen de stenen om water door te laten. Er kan ook gekozen worden voor open klinkers, die ruimte bieden aan grasgroei. Deze bieden 40% open ruimte. Door gebruik te maken van CAPITAL L- of T-vormige klinkers, kan men variëren met open ruimten in de bestrating, afhankelijk van het gekozen verband. “Er zijn nog veel meer varianten, maar daarvoor verwijs ik iedereen naar onze website. Het gaat om het principe dat er bestratingen zijn die hemelwater doorlaten en ervoor zorgen dat het in de bodem infiltreert”, zegt Mirjam.
Ze laat een mooi voorbeeld zien van bestrating in de Floriade 2022 te Almere, waar een toekomstige duurzame wijk is voorzien. “Hier onderzoeken we de optimale combinatie tussen groen, waterregulering, beloopbaarheid en berijdbaarheid door auto’s. Hier is een concept van groene rijwegen met waterinfiltratie uit ontstaan.”
“Het belang van het voorkomen van wateroverlast op de straat is groter dan men vaak denkt. Als een straat is ondergelopen, denkt men vaak dat dit allemaal hemelwater is, waar kinderen dan fijn in kunnen spelen. Maar feitelijk is dit water vermengd met rioolwater dat omhoog komt. Daar wil je toch niet de kinderen in laten spelen!”, aldus Mirjam. “Ook de afkoppeling van daken is belangrijk. Amsterdam heeft een oppervlak van 165 km2, de rest is water. Daarvan is 24 km2 verkeersruimte en 44 km2 woonterrein, waarvan naar schatting slechts 3 km2 tuinoppervlak is. Maar circa 50 km2 is dakoppervlak! Dat water komt allemaal op de straat. Voor één vierkante meter dakoppervlak is 40 liter aan opvangcapaciteit nodig. Een eengezinswoning heeft een dakoppervlak van circa 55 m2, dus heb je al snel 2.200 liter water dat we moeten opvangen. Grind kan een oplossing zijn: in een kuub grind kun je 300 liter water kwijt. Maar bij een gemiddeld dak moeten we al zeven kuub grind in de tuin storten. Het zal dus naar de weg moeten. Zorg voor waterpasserende bestrating en een waterbuffering van bijvoorbeeld 300 mm lavasteen. In Mierlo hebben we onlangs een heel mooi project gerealiseerd en daarover wil ik het graag hebben met Hans Swinkels van Gebr. Swinkels.”

Porodrain®-systeem: waterpasserende bestrating en infiltrerende fundering van Porodur® lavakorrels.

Een optimale combinatie tussen groen, waterregulering, beloopbaarheid en berijdbaarheid door auto’s. Dat is het doel van deze innovatieve ‘bestrating’ in Floriade 2022 te Almere.

Afwateringsbanden in Maastricht.

Project Mierlo

In Bouwplan Mierlo’s Welkom zijn 47.000 stuks waterpasserende straatstenen toegepast van GeoRetron Prestige. Hans: “Dit nieuwbouwplan is ontwikkeld en gebouwd door Bouwbedrijf van Gerven. De openbare ruimte is later overgedragen aan de gemeente. De uitdrukkelijk wens van de gemeente was om het hemelwater zoveel mogelijk te infiltreren in het gebied. Vooral ook doordat het gebied wat hoger ligt en drogere grond heeft. Dat hebben we bereikt met een combinatie van waterpasserende bestrating, waterbuffering in een grindkoffer van 50 cm dik en een strook kunststof infiltratiekratten die als een soort brede goot onderin de grindkoffer liggen en aansluiten op de kolken. Bij een hevige stortbui kunnen de kolken overlopen. Dat water gaat via een overloop naar een betonnen infiltratieriool, die het water afvoert naar wadi’s. Het water blijft dus altijd in het gebied. In de praktijk voldoet het systeem prima. Er is tot nu toe geen wateroverlast geweest. Onderhoud blijft wel een aandachtspunt. Denk aan groenresten, vuil en olie die in het systeem kunnen komen.”

Bij het project Edco Flight Forum Eindhoven zijn afwateringsbanden toegepast waarbij aanvullend ronde gaten van 20 mm onderin aan de zijkant zijn geboord (hier net niet zichtbaar). Deze infiltratie-openingen liggen onder maaiveld, zodat water deels weer in een infiltratiekoffer onder de bestrating kan infiltreren.

Afwateringsbanden

Vervolgens gaat de aandacht uit naar het gebruik van afwateringsbanden van IDS Group, leverancier van afwateringssystemen, bij verschillende projecten, zoals in Heerjansdam en Eindhoven. Bij beide projecten moest hemelwater zoveel mogelijk in het gebied blijven en niet afgevoerd worden naar het riool. Met speciale holle afwateringsbanden kan, zonder ingrijpende grondwerkzaamheden, het water gecollecteerd worden en afgevoerd worden naar een bergingsgebied en/of open water of wadi’s. De banden worden afgewisseld met inspectieputten voor reiniging. Het water kan via de banden bijvoorbeeld naar een overloopgebied worden geleid. Er zijn ook verloop- en uitritbanden beschikbaar.
De afwateringsbanden hebben boven maaiveld instroomopeningen (circa twee of drie per halve meter) voor regenwater. “Er is ook een variant bij het project Edco Flight Forum Eindhoven toegepast waarbij aanvullend ronde gaten van 20 mm onderin aan de zijkant zijn geboord. Deze infiltratie-openingen liggen onder maaiveld, zodat water deels weer in een infiltratiekoffer – bijvoorbeeld grind of lavakorrels – onder de bestrating kan infiltreren. Hierdoor kan het water zoveel mogelijk in het gebied blijven waar het valt”, legt commercieel directeur Mark Visschers van IDS Group uit.
Mark vertelt dat de afwateringsbanden die zijn bedrijf levert voor 70 procent van gerecycled kunststof zijn gemaakt: “Zo helpen we plastic-afval in de wereld te verminderen. Per persoon zorgen we voor 30 kilo plastic afval per jaar. In 2020 werd 400 miljoen ton nieuw kunststof geproduceerd. Daarvan is slechts 9% gerecycled. De rest belandt op vuilnisbelten, in verbrandingsinstallaties of zelfs in zee. Wij gebruiken als grondstof korrels die ontstaan uit het omsmelten van gerecycled plastic. We kunnen ook meerdere kleuren banden leveren. Standaard is deze antraciet, maar zwart of lichtgrijs kan ook.”
De afwateringsbanden zijn aan zware druktesten onderworpen, zodat ze ook bestand zijn tegen zwaar verkeer. “Uit die druktesten volgens de Europese norm EN 1433 blijkt dat een band van 50 cm een belasting kan hebben van 40 ton. En dan testen we zelfs zonder zijdelings ondersteuning, zoals die in de praktijk wel aanwezig is. In de praktijk komt dat bijna niet voor. Bovendien hebben zware vrachtwagens van 60 ton drie assen, waardoor de druk wordt verdeeld.”
Mark en Mirjam sluiten samen af: “IDS en MBI hebben een hele mooie samenwerking op het gebied van afwatering. Wij helpen jullie technisch om onze oplossingen in projecten te integreren. We gaan er samen een mooie klimaatadaptieve toekomst van maken!.”

‘Groene’ parkeerplaats.