Belgische toestanden

Artikel delen

Je kan van onze zuiderburen heel veel goeds zeggen. Zo weten ze wat lekker eten is, brouwen ze de meest prachtige bieren en ook in de baggerwereld staan ze hun mannetje. Wie echter wel eens de grens over gereden is weet dat niet alles in dat land goed geregeld is. De kwaliteit van de Belgische wegen laat veel te wensen over. Ons land staat wereldwijd op een respectabele tweede plek op het gebied van wegkwaliteit in het lijstje van het World Economic Forum. België moet het doen met een zeer bescheiden 56e plaats.

De kwaliteit van de Nederlandse infrastructuur is over het algemeen top. Vergeleken met die van België al helemaal. Toch pakken zich ook in ons land donkere wolken samen boven de kwaliteit van onze wegen, bruggen, sluizen en fietspaden. De renovatie- en vervangingsopgaaf is enorm. Desondanks blijft bij het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat veel geld op de plank liggen. Stikstof en PFAS hebben de infrasector ook geen goed gedaan. Projecten konden niet worden vergund en grond kon vaak niet worden versleept, met vertraging en of stilstand tot gevolg. Corona maakt de zaak er uiteraard niet beter op.

Daarom is een aantal brancheorganisaties, waaronder Bouwend Nederland, het gesprek aangegaan over de opgaaf van Rijkswaterstaat. Dit om te kijken waar projecten naar voren gehaald kunnen worden, dan wel werk in al lopende projecten versneld kan worden uitgevoerd. Juist in deze coronacrisis is investeren de snelste route op weg naar economisch herstel. Uit onderzoek blijkt dat elke geïnvesteerde euro die je stopt in de bouw- en infrasector, tot wel bijna drie euro aan extra economische activiteit oplevert. Daarom roep ik het kabinet op om te blijven investeren in onze infrastructuur. Een jaarlijks bedrag van 1,4 miljard is nodig om de netwerken van Rijkswaterstaat in stand te houden.

Niet alleen de landelijke grote projecten moeten daarbij aandacht krijgen maar ook de regionale en lokale infrastructuur. Ook daar is meer dan genoeg te doen. Zo bleek uit recent onderzoek dat 81 procent van de drukke fietsroutes die middelbare scholieren gebruiken om naar school te gaan, niet zijn berekend op de stroom fietsers die ze moeten verwerken. Ze zijn te smal.
Toch zei 41 procent van de gemeentes in een enquête uit mei te denken aan bezuinigen op hun infrastructuur. Ze zitten in financiële nood door corona. Investeren blijft ook hier het devies. Ik pleit daarom voor 1 miljard euro extra dat gemeentes jaarlijks aan infrastructuur moeten besteden om zo de infrakwaliteit in het hele land op hetzelfde hoge niveau te houden.

Minister, voorkom Belgische toestanden met onze infrastructuur. Investeer ons uit de crisis en zorg dat we onze vakmensen die we keihard nodig hebben in de toekomst kunnen behouden!