Meer inzicht in potentiële verduurzaming asfaltproductie

Artikel delen

Nederlandse asfaltcentrales krijgen inzicht in hoe zij hun CO2-uitstoot verder kunnen verminderen. Dat is het eerste resultaat van een duurzaamheidsanalyse bij alle 38 Nederlandse asfaltcentrales. Het onderzoek is uitgevoerd door RVO.nl, in opdracht van het ministerie van Economische Zaken. De centrales beschikken sinds kort over een tool die inzicht biedt in hun energiegebruik en CO2-uitstoot.
 
Tekst: Maaike Belder, in opdracht van RVO.nl
 
Het project is een initiatief van de Permanente Commissie Duurzaamheid (PCD) van de Vakgroep Bitumineuze Werken (VBW) en wordt ondersteund door RVO.nl. Nederland is het eerste land dat op deze manier de duurzaamheid van een hele branche onder de loep neemt. EcoChain Technologies analyseerde afgelopen jaar de ‘footprint’ van de asfaltcentrales. Daarbij werden naast CO2-uitstoot ook andere relevante milieufactoren bekeken, zoals vermesting, verzuring en uitputting, en werd er beter gekeken naar de milieueffecten van deelprocessen.
 
Verrijking Nationale Milieudatabase
Na verzameling en verwerking van alle data levert het onderzoek levenscyclusanalyses (LCA) op voor meer dan 4.000 producten van de deelnemende asfaltcentrales. De LCA van een product geeft centrales inzicht in de totale milieubelasting van een product van winning en transport van de grondstoffen tot en met productie en hergebruik. Het doel is te komen tot breed onderbouwde gemiddelden voor de meest gangbare asfaltmengsels in de branche.
De gegevens vormen de input voor de Nationale Milieudatabase. Deze zou moeten worden geraadpleegd door organisaties die duurzaam inkopen, zoals Rijkswaterstaat en steeds meer provincies en gemeenten. Harry Roos van de VBW: ‘Opdrachtgevers wegen in aanbestedingen steeds vaker duurzaamheidsaspecten mee. Daar ligt de uitdaging voor de asfaltbedrijven om constant nieuwe, duurzamere mengsels te ontwerpen en zich concurrerend in de markt te profileren.’ Voor de VBW is opname van de LCA-data van de branchegemiddelden in de database het belangrijkste doel. Roos: ‘De tool helpt daarnaast om op een transparante, eenduidige en relatief simpele manier de milieugegevens van asfaltproducten te bepalen. Daardoor kunnen zowel betrouwbare gemiddelden als milieugegevens van bedrijfseigen duurzame en innovatieve mengsels in de database worden gepubliceerd.’
 
Lage temperatuur asfalt
Doordat de tool op eenvoudige wijze inzicht geeft in de mogelijkheden tot vermindering van de CO2-uitstoot, kunnen individuele bedrijven de resultaten gebruiken als benchmark om hun verbeterpotentieel te bepalen. Een belangrijke eerste bevinding van de analyse is dat de milieu-impact van de totale asfaltproductieketen voor 70 procent is terug te voeren naar de toelevering en winning van grondstoffen, terwijl 30 procent wordt veroorzaakt door de productie bij de asfaltcentrales zelf.
Asfalt Centrale Hengelo (ACH-Reinten Infra BV) en haar zusterbedrijven TWW en Dostal focussen vooral op lage temperatuur asfalt en de besparing daarmee van energie. Jeroen van der Spiegel van ACH: ‘Je kunt door het toevoegen van de juiste additieven hetzelfde productie- en verwerkingsproces op 120 graden Celsius uitvoeren, in plaats van op de gangbare 160 tot 170 graden. Naast een door het Asfalt Kennis Centrum aangetoonde toegevoegde waarde aan je product, bespaar je daar significant energie mee. We hebben net geïnvesteerd in een nieuwe installatie. Die levert ons bij de productie van lage temperatuur asfalt op basis van de huidige energieanalyse 30 procent winst op. Het additief dat we daarvoor gebruiken is een natuurlijk, Twents product uit de vlastuinbouw.’
Hoewel er nu nog een iets hoger prijskaartje aan lage temperatuur asfalt hangt, ziet Van der Spiegel een toenemende belangstelling voor het product bij opdrachtgevers, producenten en verwerkers. ‘Met duurzame producten kom je tegemoet aan de duurzaamheidsdoelstellingen die bijvoorbeeld gemeenten zichzelf stellen.’
 
Asfalt hergebruiken
Ook asfaltproducent KWS Infra produceert op een lagere temperatuur en zet daarnaast in op asfaltmengels met een hoog percentage hergebruik. Simon Jorritsma van KWS Infra: ‘Daar zitten veel besparingskansen als je bedenkt dat grondstoffen en transport bijna driekwart van de totale milieu-impact zijn. We recyclen nu al met ons HERA-System: Highly Ecologic Recycling Asphalt System. Dit biedt mogelijkheden om 75 tot 80 procent oud asfalt te recyclen in reguliere mengsels en voor minder kritische mengsels zelfs tot 100 procent. Als de milieudatabase straks up-to-date is, kunnen we opdrachtgevers goed onderbouwde LCA’s aanleveren van onze eigen mengsels. KWS Infra mag naast ZOAB met 25 procent hergebruik nu ook – als eerste wegenbouwer in Nederland – tweelaags ZOAB met eveneens 25 procent hergebruik aanbieden. We zijn dan ook benieuwd naar de LCA’s van deze mengsels met een hoger percentage hergebruik. Het is interessant om te weten hoe die scoren ten opzichte van mengsels zonder recycling.’
Zowel ACH als KWS Infra kijken uit naar de definitieve resultaten uit de duurzaamheidsanalyse, die hoogstwaarschijnlijk begin 2016 afgerond wordt. Jorritsma: ‘Gangbare technische besparingsmaatregelen bij onze asfaltcentrales, zoals frequentieregelaars en langere recycling verwarmingstrommels, hebben we al genomen. Nu kunnen we ook focussen op duurzamere mengsels.’
Roos vult aan: ‘Door de input van alle asfaltcentrales zijn de getallen betrouwbaarder. We kunnen straks echt appels met appels vergelijken.’ Ook bij ACH is duurzaamheid belangrijk. Van der Spiegel: ‘Niet alleen de mate van groen is belangrijk, ook de economische haalbaarheid en sociale behoefte spelen mee. Kortom: de elementen people, planet, profit moeten met elkaar in balans zijn.’

 

Meerjarenafspraak energie-efficiëntie

De duurzaamheidsanalyse werd uitgevoerd in het kader van de Meerjarenafspraak energie-efficiëntie (MJA3), die de asfaltindustrie heeft met de overheid. Het optimaliseren van industriële productieprocessen is een voortdurend aandachtspunt van sectoren die deelnemen aan de meerjarenafspraken MJA3 en MEE. Bedrijven worden hierbij ondersteund door RVO.nl, die de MJA3 en MEE uitvoert in opdracht van het ministerie van Economische Zaken. De deelnemende partijen aan MJA3 hebben afgesproken zich in te spannen om gemiddeld 30 procent energie-efficiëntieverbetering te realiseren in de periode 2005-2020. De meerjarenafspraken leveren een belangrijke bijdrage aan het realiseren van de energiebesparingsdoelen in het Energieakkoord voor duurzame groei.
 

Duurzaam ondernemen

Kansen om te innoveren en nieuwe markten aan te boren. Dat biedt duurzaamheid aan ondernemend Nederland. Het resultaat: economische groei, winst voor het milieu én een duurzame bedrijfsvoering. De overheid ondersteunt dagelijks honderden organisaties met financiering, kennis en partners. Voor al deze organisaties is de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland het eerste aanspreekpunt. Ook voor het signaleren en attenderen van beleidsmakers op verbetering van wet- en regelgeving.
 
Meer informatie: www.rvo.nl/duurzaamondernemen.