Op weg naar ZOAB met dubbele levensduur

Artikel delen

De droom voorbij. Dat geldt voor LATEXFALT nu drie ontwikkelingen om ZOAB-asfalt op rijkswegen qua levensduur te verlengen werkelijkheid worden. Algemeen directeur dr. ir. Bert Jan Lommerts: “We kunnen al garanderen dat wij met onze innovatieve emulsietechnologie-producten de levensduur van bestaande ZOAB-wegen met vijf jaar kunnen verlengen. Daarnaast heeft onderzoek aangetoond dat een tweede behandeling daar nog eens drie tot vier jaar aan ‘vastplakt’. Voorts kun je aan het begin van het proces kiezen voor ZOAB met betere bitumentechnologie, waardoor je ook nog eens vijf jaar kunt winnen.”

“Grote delen van onze droom om de levensduur van ZOAB te verdubbelen zijn uitgekomen. Met in de slipstream van het uitgebreide onderzoek straks recycling van ZOAB-rijkswegen in nieuw hoogwaardig ZOAB”, aldus Lommerts. Twaalf jaar geleden zette LATEXFALT uit Koudekerk aan den Rijn een nieuwe duurzaamheidsstrategie in, waarbij mede via wetenschappelijk onderzoek moest worden gezocht naar met name levensduurverlenging. Omdat op die manier schade aan wegdekken en auto’s, de kosten van onderhoud en herstel, hoeveelheid benodigde grondstoffen voor vervanging en overlast voor weggebruikers aanzienlijk zouden kunnen dalen. Lommerts legt uit: “Vanaf 1972 kennen wij ZOAB. Het overgrote deel van de rijkswegen is inmiddels van ZOAB voorzien. Met alle voordelen qua waterafvoer en geluidsreductie. Iedereen kent de pluspunten. Maar ook de nadelen. Vooral de porositeit van de toplaag is aan erosie door het wegverkeer en vorst/dooi-effecten onderhevig. Dat heeft te maken met de veroudering van het toegepaste bitumen dat verhardt en het steenachtig materiaal minder adequaat kan binden. Voor ons was de hamvraag of wij een verjongingsmechanisme konden ontwikkelen. Een systeem waarbij het bitumen zijn functie langer zou kunnen uitoefenen. Een soort Vichy of Nivea verjongingscrème voor ZOAB.”

Asfaltdermatologie

Lommerts spreekt vaker van ‘asfaltdermatologie’, naar analogie van het verjongen van de menselijke huid. Zeker nu zijn dochter recent is gepromoveerd in dermatologie, valt die term snel in het interview. De directie heeft de zaken bij de ontwikkeling serieus aangepakt. Zo’n tien jaar geleden zijn de eerste chemische onderzoekers aangetrokken, onder andere Irina Cotiuga uit Roemenië en Sayeda Nowrozon Nahar uit Bangladesh die zijn gaan studeren in Nederland aan de TU Delft en TU Eindhoven en zich tegelijkertijd hebben toegelegd op de research en development bij LATEXFALT. Lommerts: “Zij hebben hun academische graad gehaald en zijn gerenommeerde wetenschappers, die onder andere het verouderingsproces van bitumen hebben weten te doorgronden. Dit hebben ze in samenwerking met diverse universiteiten gedaan. Zij hebben daarmee mede de basis gelegd voor onze drie roadmaps: (1) duurzame bitumen via nieuwe bitumentechnologie, (2) levensduurverlening met Modimuls ZV en Modiseal ZX technologie en (3) recycling via rejuvenating-technologie bij hergebruik van freesasfalt. Bij het eerste beschouw je ontwerp en aanleg, bij het tweede de exploitatiefase en bij het derde hergebruik bij het einde van de levensduur. Zo is de kring gesloten en ben je op weg naar optimale duurzaamheid binnen de levenscyclus.”

De algemeen directeur vervolgt: “We zijn op al deze drie fronten actief. Je kunt natuurlijk perfect scoren met een verjongingsbehandeling door ‘een kwastje verf op ZOAB te smeren’, maar als je niet tegelijkertijd aan het begin van het proces naar goede materialen kijkt en aan het eind van de levenscyclus het freesasfalt als nieuwe grondstof buiten beschouwing laat, dan doe je de duurzaamheidsstrategie ernstig tekort. We kunnen écht inhoud geven aan verduurzaming van onze rijkswegen. De techniek is er, nu de wil van alle partijen nog.”

Iedereen aan tafel

Lommerts wijst daarbij op het brede speelveld met de olie-industrie, producenten van bitumen en asfalt, veredelaars zoals zijn eigen bedrijf, de uitvoerende partijen en de opdrachtgevers, met Rijkswaterstaat als opdrachtgever voor de rijkswegen. “Wij zijn niet in ons laboratorium blijven zitten, maar hebben samen met verschillende partijen deelgenomen in ontwikkelingsprojecten. Alle stakeholders zitten aan tafel. We hebben onderzoekbevindingen gedeeld, samen proeven genomen, resultaten geanalyseerd, kortom, we hebben heel wat gedaan om vertrouwen in de markt te winnen voor deze innovaties. Dit is geen gebakken lucht, dit is concrete verduurzaming voor 5500 km ZOAB rijkswegen in Nederland.”

LATEXFALT vindt daarbij zeker gehoor bij Rijkswaterstaat en aannemers die contracten met een onderhoudscomponent afsluiten. “Voor wat betreft de levensduurverlenging met een eerste emulsielaag hebben wij al verschillende projecten uitgevoerd. De techniek heeft zich in de praktijk bewezen. De resultaten sluiten ook naadloos aan bij de nieuwe methodiek van Rijkswaterstaat om steenverlies van ZOAB te kunnen meten. Met onze behandeling blijkt dat verlies sterk wordt gereduceerd. We geven ook garantie op het resultaat van deze behandeling. Met de andere roadmaps van bitumentechnologie en 100% recycling zitten wij tegen de werkelijkheid aan; daar is nog verdere ontwikkeling nodig om garanties te kunnen geven. Maar we zijn er dichtbij. Ik zie persoonlijk wel dat wij over een paar jaar die levensduurverdubbeling kunnen waarborgen.”

Kwestie van akkoord

Bij de levensduurverlening via emulsietechnologie blijft de ZOAB-constructie na de ronde van de sproeiwagen mooi open. De poriën gaan niet dichtzitten. “Vergelijk het met een zonnebrandcrème die in de huid trekt. Enige aandachtspunt is de tijdelijke stroefheid die na de behandeling ontstaat. Daar zijn twee oplossingen voor: maximaal een dag de snelheid verlagen tot 70 of 90 km of een technische oplossing om de stroefheid op peil te houden. De optie snelheidsverlaging via regelgeving is theoretisch zeer eenvoudig, maar in de praktijk weten we dat sommige automobilisten blijven doorjakkeren, ondanks zo’n verbod. Of dat automobilisten massaal vragen gaan stellen waarom zij niet over die prachtige asfaltweg harder mogen rijden. Rijkswaterstaat is dan ook voorzichtig bij die optie. Blijf de technische optie over. We hebben die oplossing bijna voorhanden. Het is nu nog een kwestie van akkoord door betrokken partijen.”

Bert Jan Lommerts besluit: “Het is een lang proces geweest van wetenschappelijk onderzoek, experimenteren en proefnemingen. Wij zijn wild enthousiast over onze nieuwe producten die de levensduur van ZOAB daadwerkelijk verlengen. Ik verwacht dat opdrachtgevers en aannemers net zo enthousiast worden. Datzelfde geldt voor de automobilisten die voortaan veel minder (autoruit)schade en hinder door wegwerkzaamheden zullen ondervinden. Ja, ik heb nog wel een droom: dat wij over 25 jaar snelwegen hebben die met de beste bitumenproducten zijn samengesteld voor hoge aanvangskwaliteit, die enkele keren in hun levensfase kunnen worden ‘verjongd’ en aan het eind van hun cyclus volledig als grondstof kunnen dienen voor nieuwe wegen. Daarvoor moeten alle partijen nog een aantal stappen zetten, maar we zijn dichterbij dan ooit.”