Klimaat verandert de openbare ruimte

Artikel delen

Marie-José Copal van Hollandsgroen houdt tijdens het ontwerpen van openbare ruimtes rekening met het veranderende klimaat. Beplanting, (half)verharding, wateropvang en hittestress zijn steeds terugkerende aandachtspunten. “Rekening houden met het veranderende klimaat doen we echter al heel lang. Het is nu ineens een hype aan het worden, waarbij we met zijn allen achter de feiten aanlopen.”

IJburg blok 54, in Amsterdam. De verplichting was hier om 80% van het regenwater op te vangen. In deze gemeenschappelijke kijktuin met waterbuffering bevindt zich een zogenaamde regentuin inclusief waterval en wadi. Overtollig water van het groene dak wordt via de tuin langzaam richting de ondergrond afgevoerd. Bij extreme regenval verdwijnt overtollig water via een overstort richting het IJ.

Een particuliere tuin in Amsterdam-Oost met waterdoorlatende tegels van Metten en links en rechts prairiebeplanting. Decoratieve en kleurrijke regentonnen vangen het regenwater op dat ondergronds samenkomt en daar wordt opgeslagen.

Het is eind juli wanneer het interview met Marie-José Copal van Hollandsgroen plaatsvindt. Er heerst al enkele maanden droogte en enkele dagen een hittegolf. Tijdens die hittegolf wordt de warmste nacht ooit gemeten; 23,6°C in De Bilt. Het journaal heeft een reporter in Eindhoven: die stad was de warmste van Nederland vanwege de vele bestrating en betonnen gevels. De dag erna valt in Oost-Nederland tijdens een onweersbui binnen een paar uur 63 mm neerslag, de hoeveelheid die normaal gesproken in een hele maand valt. Kortom; er is iets aan de hand.
Marie-José Copal is ontwerper bij Hollandsgroen, een bedrijf dat onderdeel is van de Van der Tol-groep en dat ontwerpen maakt voor alle mogelijke soorten buitenruimten; woongroen, zorggroen, werkgroen en privégroen. Er zijn drie medewerkers, naast Copal is Annemieke Langendoen de beplantingspecialist en Jan Klop de landschapsarchitect. Ontwerper Copal heeft als achtergrond binnenhuisarchitectuur. “Tuinen ontwerpen is niet heel anders dan gebouwen of interieurs ontwerpen. Het heeft altijd te maken met vlakindelingen, met ruimtes maken en deze een invulling geven.” Kennis over beplanting moest zij zich uiteraard wel eigen maken, dat deed ze aan de hand van diverse opleidingen, specifieke kennis is zoals gezegd aanwezig bij collega Langendoen. ”Hollandsgroen heeft zo inmiddels een naam opgebouwd op het gebied van ontwerpen én beplanten en maakt ook beplantingsplannen voor andere tuinarchitecten. Bij veel opdrachten werken wij samen met bouwarchitecten en stedenbouwkundigen.”

Rainproof Amsterdam

Bij de inrichting van groene ruimtes is klimaatverandering volgens Copal zeker een aandachtspunt. “Maar, dat is het bij ons al heel lang. Het is nu pas een hype aan het worden, waarbij we met z’n allen achter de feiten aanlopen. We zijn eigenlijk al te laat.” Omdat Hollandsgroen al vroeg rekening hield met het veranderende klimaat, kwam er in 2013 vanuit Amsterdam de vraag om mee te denken bij het project Rainproof, een initiatief vanuit de gemeente om samen met bewoners, bedrijven, kennisinstellingen en overheid de stad bestand te maken tegen de vaker voorkomende hoosbuien. Hollandsgroen werd benaderd omdat het al heel veel oplossingen had bedacht aangaande de klimaatproblematiek. Zo adviseert het bedrijf zijn klanten al lange tijd om ruimtes nooit geheel te bestraten omdat dat regenwater belemmert om de bodem in te trekken én omdat dat in warmteperiodes hittestress veroorzaakt. ”Een simpele oplossing is het creëren van voegen tussen tegels. Voegen waar groen kan groeien. Sowieso gebruiken we liefst zoveel mogelijk groen, daar waar kan. Sinds onze start denken we groen.” Op de vraag of opdrachtgevers vergeleken met enkele jaren terug alerter omgaan met de klimaatproblematiek, vertelt Copal dat dat verschilt per opdrachtgever. “Maar meestal zit die alertheid al automatisch in tenders verwerkt.”

Daktuin Kwintijn in Amsterdam. Op het dak van de ondergrondse parkeergarage is een binnentuin gerealiseerd voor bewoners. Deze is geheel ingevuld met halfverharding en beplanting om wateroverlast zoveel mogelijk te voorkomen. Voor de bewoners is het vooral een ontmoetingstuin, een relatief rustige plek met voldoende zitgelegenheid. Een oase in een strakke, stenige omgeving.

Wadi’s voor water

Wateropvang tijdens extreme regenval is een belangrijk issue. Riolen blijken vaak niet meer voldoende opvangcapaciteit te hebben en andere oplossingen blijken meer welkom dan ooit. Een wadi blijkt dan een goede optie. “Een verlaagd deel waar overtollig water tijdelijk wordt opgevangen en langzaam de bodem in kan dringen. Perfect toe te passen in de openbare ruimte waar de oppervlaktes groot zijn.“ In particuliere tuinen stelt Copal geregeld voor om, met hetzelfde doel, de hele tuin te verdiepen, bijvoorbeeld 5 cm. “Terras en paden uiteraard niet, maar die moeten wel op afschot worden gelegd.”
De problematiek rondom water kent nog andere oplossingen zoals het gebruik van halfverharding en waterdoorlatende bestrating. Copal noemt grind als meest voor de hand liggend voorbeeld. Gralux kan ook, maar wordt ‘papperig’ onder regenachtige omstandigheden. Minder grof is PadVast, ook een soort gralux maar minder grof en daarom beter dicht te rollen, met minder last van mos. “Het ziet er wat verharder uit terwijl het heel goed waterdoorlatend is.” Daarnaast zijn er inmiddels tal van vernieuwende oplossingen beschikbaar met tegels. Zo zijn er tegels verkrijgbaar met aan de zijkant noppen waardoor waterdoorlatende ruimtes ontstaan. Ondanks die noppen blijven ze zeker stevig en strak liggen. Soms zijn die tegels of stenen ook nog eens poreus. “Aquaflow is daar een voorbeeld van. Ook veel andere fabrikanten springen in op deze materie.” Copal noemt ook de Rainaway-tegel, een geheel opengewerkte tegel die goed water door laat. “Prima

Overtollig water van een daktuin spoelt via een kleine buis naar een lager gelegen niveau. Het water belandt op een stapel keien om het wegspoelen van grond te voorkomen.

toepasbaar bijvoorbeeld op daken. In de openingen kun je eventueel grind doen of gras laten groeien.” Voor welk materiaal ook wordt gekozen, ze benadrukt wel altijd de praktische kant. “Die staat voorop.”

Duurzaam hergebruik

Bij de keuze van bestrating is creativiteit een belangrijk uitgangspunt. Halfverharding en verharding kunnen bijvoorbeeld prima worden gecombineerd. “Vroeger waren gemeenschappelijke tuinen binnen woonblokken vooral kijktuinen, tegenwoordig zijn het naast kijktuinen ook gebruikstuinen waar mensen kunnen verblijven, in kunnen zitten. Bestrating moet daaraan worden aangepast.” Verharding en halfverharding is ook af te wisselen bij opritten van parkeerplaatsen. Copal noemt Greenbrick stenen. “Ook opengewerkt zodat ze te vullen zijn met grind of gras. Bestaande parkeerplaatsen zijn zo eenvoudig aan te passen. Ik stel standaard voor om binnen bestaande bestrating 10% te vervangen, en eventueel in patronen te werken.” Ook hergebruik van tegels behoort tot de opties, geheel passend bij de huidige duurzaamheidsprincipes. Het Cycle 4 Concrete-concept bijvoorbeeld stimuleert het verwerken van oud in nieuw bestratingsmateriaal.
Terugkomend op de hittestress benadrukt Copal nog de kleur bij bestrating. “Licht weerkaatst, donker neemt op en laat warmte later in de avond los.” Uiteraard vindt ze dat gegeven ook belangrijk bij verticale vlakken. Bij aanwezige donkergekleurde muren of puien geheel van glas adviseert ze om daar groen voor te verwerken of groen te laten afhangen. “Het besef om binnen aandacht voor groen te hebben, is er al lang. Langzaam maar zeker komt dat er ook voor buiten.”

Prairiebeplanting en lavasteen

Wat de zomer van 2018 sowieso duidelijk maakt, is de droogteproblematiek. Welke planten zijn hier tegen bestand? Veel heeft volgens Copal te maken met de getroffen voorzieningen, de ondergrond moet watervasthoudend zijn én – zeker voor de winter – waterdoorlatend. “Lavasteen is het perfecte product, een ideale basis voor bijvoorbeeld prairiebeplanting.” Uiteraard benadrukt ze het belang van het gebruik van planten die bestand zijn tegen – tijdelijke – droogte. Oplossingen zijn er volgens haar altijd en het hoeft zeker niet altijd prairiebeplanting te zijn. “Leg in plaats van een gazon, dat je 22 keer per jaar moet maaien, eens een bloemenweide aan. Zet planten verder uit elkaar met bodembedekkers eronder. Vervang strakke hagen eens door losse zodat je minder hoeft te snoeien of wissel af met schuttingpanelen.” Ze vindt het een kwestie van logisch denken waarbij kennis van planten en materialen onontbeerlijk is. “Een kwestie ook van anders kijken.”