Boskalis Nederland werkt emissieloos aan Harderwijks Waterfront

Artikel delen

Emissieloos materieel is de toekomst. Boskalis Nederland en de gemeente Harderwijk doen er al ervaring mee op bij het woonrijp maken van Waterfront Fase 3. Voor het laden van het benodigde elektrisch materieel liet de gemeente Harderwijk vooraf een laadhub realiseren.

Tekst en beeld: Henk Wind

Laadhub voor elektrisch bouwmaterieel

De laadhub bestaat uit drie zeecontainers, waarvan één voorzien van zonnepanelen en accu’s.

Waterfront is een groot nieuw woongebied in Harderwijk, gesitueerd langs het Veluwemeer. De ontwikkeling hiervan begon meer dan vijftien jaar geleden met het verplaatsen van bedrijven vanaf het verouderde industrieterrein tussen de N302 en het centrum. Daarna werd het eerste deel van woongebied Waterfront gerealiseerd. In de derde fase van het project, die momenteel loopt, wordt in zes deelgebieden woningbouw ontwikkeld. Boskalis maakte het hele gebied bouwrijp en gaat nu jaarlijks een gebied woonrijp maken.

Harderwijk koos er voor om bij de aanbesteding van dit woonrijp maken een uitvraag te doen voor duurzaam en met de ambitie om emissieloos te werken. Daarbij zorgde de gemeente zelf voor een laadhub waarvan de aannemer gebruik kon maken. Die laadhub van de gemeente was wel dé oplossing, zegt Ralph van Loon, duurzaamheidcoördinator en omgevingsmanager bij Boskalis: “Dat scheelt heel veel tijd. Anders moet je soms wel één tot anderhalf jaar wachten op een aansluiting van dit formaat.”

De locatie van de laadhub en de inrichting daarvan zijn in uitgebreid vooroverleg met elkaar bepaald. “Om te bepalen welke aansluitpunten je nodig hebt, moet je weten welke machines je wanneer wilt gaan laden. Maar ook de plek van de laadhub is belangrijk. De laadhub moet goed bereikbaar zijn, maar mag je toekomstige ontwikkelingen niet in de weg zitten.”

Samen leren

De gemeentelijke ambitie van duurzaam werken sloot aan bij de visie die Boskalis heeft uitgesproken, geeft Ralph van Loon aan. “Boskalis voelt zich medeverantwoordelijk voor een duurzaam en leefbaar Nederland. We gaan voor het emissieloos realiseren van onze werkzaamheden en daar horen dus geen dieselmotoren bij. We willen in dit project samen met de gemeente leren wat betreft emissieloos werken en dat een stap verder brengen. Daarin willen we ook onderaannemers en leveranciers meenemen.”

Op dat samen leren ligt een sterke nadruk want het is voor alle betrokken een nieuwe manier van werken. Zo werd in het vooroverleg met de gemeente Harderwijk onder meer aandacht besteed aan de risico’s van een dergelijke experimentele werkwijze en besproken hoe de partijen daarmee om willen gaan. Van Loon: “Wat ga je bijvoorbeeld doen als een elektrische kraan een defect heeft en er enkele dagen nodig zijn voor een reparatie? Je huurt niet zo maar even een andere elektrische kraan. Die zijn er gewoon niet. Ga je dan alsnog een diesel inzetten of accepteer je dat het werk een paar dagen stil ligt?”

Veel verschillend materieel

Bij het woonrijp maken gaat het om het aanleggen van riolering, het plaatsen van ondergrondse afvalcontainers, grondwerk en het aanbrengen van bestrating en dergelijke. Dat zijn dus diverse werkzaamheden, waarvoor ook veel verschillende machines nodig zijn. En elke machine heeft zijn eigen uitdagingen. Zo zijn stampers compacte machines die maar weinig ruimte hebben voor een accu en daar ook zwaarder van worden. Dus is de accu en daarmee de inzetduur beperkt.

Na 20 minuten werken moet de accu worden verwisseld, vertelt Joanne de Boer, uitvoerder bij Boskalis Nederland. “Dat is geen probleem. We hebben ook voldoende accu’s. Maar het vraagt wel om een andere manier van werken. In het begin werd er wel op gemopperd. Nu merk je dat ze er ’s morgens al aan denken om extra accu’s mee te nemen om door te kunnen werken tot de volgende schaft. Mensen zijn gewoontedieren en het kost even tijd voordat ze aan iets nieuws gewend zijn.” Daarbij wijst ze ook nog op een voordeel van elektrisch materieel waar het personeel erg blij mee is: “Ze hoeven de machine niet meer met een kabel aan te trekken. Eén druk op de knop en hij loopt.”

Elektrische stamper

Ook de machines voor de stratenmakers zijn elektrisch. Extra voordeel van elektrisch werken is dat de aanwonenden veel minder herrie te verduren krijgen.

Rupskraan en shovel

Boskalis Nederland zorgt in dit project zelf voor het emissieloze materieel, inclusief het emissieloze materieel voor onderaannemers, zoals voor Bronkhorst dat de bestrating aanlegt. Emissieloos materieel voor stratenmakers, zoals trilplaten en stampers, zijn prima in te huren. Dat geldt ook voor minigravers en voor een 8,5 tons Hitachi rupskraan, maar dat geldt niet voor het zware materieel. Daarvoor liet Boskalis zelf een 25 ton Doosan rupskraan ombouwen door ETEC. Ander elektrisch materieel dat ingezet wordt zijn onder meer een elektrische knijperwagen, een elektrische shovel en een elektrische knikmops.

De rupskraan blijkt bij de werkzaamheden op dit project prima een dag te kunnen werken, geeft Joanne aan. “Aan het eind van de werkdag zijn er nog wat percentages over. Dat moet ook wel, want hij moet nog wel naar de laadhub rijden. Het deelgebied dat we nu woonrijp maken, is het verste weg gelegen. De afstand is pakweg 400 meter. Daar moet je echt rekening mee houden en de accu dus niet leeg gebruiken op het werk. We komen met volgende deelgebieden wel steeds dichter bij.”

Waar de rupskraan een hele dag kan worden ingezet, geldt dat niet voor de elektrische shovel. Ondanks bijladen met een snellader in de pauze, moet die om 15.00 uur naar de laadpaal. “Aan het eind van de dag ben je dus toch wat onthand. Dan moet je het met kleiner materieel doen, zoals de knikmops. Die knikmops kan wel prima een werkdag mee doordat die niet continu draait. Je moet dus veel meer plannen op de inzetbaarheid van machines dan op productie.”

Emissieloos bouwen

Emissieloos werken bij het bouwrijp maken van het eerste deelgebied. Op de voorgrond een Hitachi rupskraan, in het midden een knikmops en op de achtergrond de zware rupskraan die Boskalis Nederland zelf door ETEC liet ombouwen.

Laadhub

De laadhub die de gemeente Harderwijk heeft laten inrichten, beslaat drie zeecontainers. Kleinere apparatuur, zoals trilplaten en stampers, kunnen binnen opladen; groter materieel staat buiten. Eén van de drie containers heeft zonnepanelen en accu’s om deels zonder stroomnet te kunnen werken. Boskalis kreeg vooraf een uitgebreide uitleg over de apparatuur van laadhub-bouwer Vonk.

Een leerpunt bij de inrichting van de laadhub bleek al de berekening van het benodigde vermogen te zijn. Joanne: “We hebben gerekend met de standaard opladers voor de machines die we nodig hebben. Maar inmiddels blijkt dat die machines steeds vaker met een snellader worden geleverd en dat vraagt meer vermogen.”

Boskalis werkt met een uitgebreid energiedashboard om onder meer het opladen en het verbruik van het elektrisch materieel te monitoren. Dit energiedashboard moet data opleveren zodat Boskalis en de gemeente Harderwijk voor een volgend project veel meer inzicht hebben in wat er werkelijk nodig is.

Een minikraan en een wiellader.

Een minikraan en een wiellader bij de laadhub.

Vervoer en transport

Er wordt in dit project ook verder gekeken dan alleen het materieel op de bouwplaats, zoals het vervoer en transport. Het kernpersoneel van Boskalis schakelt over naar elektrisch rijden. Voor vervoer van personen vanaf de bouwkeet naar de bouwplaats is een elektrische buggy aangeschaft. En de stratenmaker heeft gezorgd voor een elektrische bus voor het vervoer van zijn eigen personeel. “Toeleveranciers zoals de leverancier van bestratingen, gaat het hier niet lukken om emissieloos te leveren. Die hebben nog geen elektrische vrachtwagen. Maar onze vraag zet hen wel aan het denken en de vraag zal vaker gaan komen”, zegt Ralph van Loon. “Omdat er nog niet genoeg elektrische vrachtwagens op de markt zijn, eisen we nu van onze leveranciers dat materialen aangeleverd worden op HVO100 biobrandstof. Dat geeft ook al een reductie van bijna 90% op CO2 ten opzichte van diesel.”

Beperken van emissies is overigens meer dan de inzet van emissieloos bouwmaterieel, benadrukt Van Loon. Het gaat dan ook om de emissies bij de productie van materialen. Tevens zijn andere duurzaamheidsthema’s van belang, zoals klimaatadaptatie, circulariteit en biodiversiteit. Dan gaat het dus niet alleen om de uitvoering, maar ook om het ontwerp van een project.

In dit project zijn ook zo veel mogelijk duurzame materialen toegepast, zoals straatkolken van gerecycled kunststof en tegels van geopolymeerbeton (cementloos beton). Daarnaast wordt er een duurzame ontmoetingsplek in het Waterfront gerealiseerd waar Boskalis met de gemeente Harderwijk bewoners, scholen en bedrijven gaat informeren over duurzame ontwikkelingen in de bouw. Ook daarin valt volgens Van Loon nog veel te leren en te ontwikkelen, waarbij Boskalis samen met de gemeente Harderwijk graag een voortrekkersrol wil spelen.