Efficiënter, goedkoper en minder uitvallers

Artikel delen

Talentcheck is een in Oostenrijk ontwikkelde effectieve methode die jongeren helpt bij hun beroepskeuze. Sinds verleden jaar zijn er ook in Vlaanderen, Italië en Denemarken zogeheten Talentcentra van start gegaan. MKB INFRA is onder de indruk van de aanpak en ziet deze ook graag in Nederland.

Tekst: Arie Grevers
Beeld: Talentcenter Graz, Oostenrijk, tenzij anders vermeld

Talentcenter

Foto: Foto Fischer.

Steiermark (Stiermarken) is een Oostenrijkse deelstaat gelegen in het zuidoosten tegen grens met  Slovenië. De hoofdstad is Graz. Zo’n acht jaar geleden maakte de Wirtschaftskammer Oostenrijk (WKO) van deze deelstaat zich op grond van demografische ontwikkelingen – een vergrijzende, krimpende bevolking – zorgen over de aanwas van jongeren op de arbeidsmarkt. Belandde het aanwezige talent wel op de plek waar het ’t beste tot zijn recht kwam? En verliep het proces van beroepenkeuze altijd wel optimaal? Deze vragen leiden tot de oprichting van het Talentcenter in Graz, waar leerlingen van 13 tot 15 jaar zich kunnen laten testen om erachter te komen wat ze willen en waar ze eigenlijk goed in zijn.

Talentontwikkeling

Ook in Nederland

TalentontwikkelingHet zijn vragen die je ook kunt stellen voor de Nederlandse situatie. Ook hier worden ondernemers in midden- en kleinbedrijf dagelijks geconfronteerd met personeelskrapte. Met name in de zorg, het onderwijs en de technische beroepen is het tekort aan vakbekwame medewerkers schrijnend voelbaar. En net als in Oostenrijk zijn er jaarlijks vele jongeren – in Nederland naar schatting ongeveer 40.000 – die van opleiding wisselen doordat ze aanvankelijk een verkeerde keuze gemaakt hebben. “En dat heeft, los van de kosten die daarmee gemoeid zijn, ook dramatische gevolgen voor de samenleving en de jongeren zelf”, zegt Konstantin Umdasch. Hij is als psycholoog verbonden aan het Talentcenter Steiermark.

“Als er in beroepen die essentieel zijn voor het functioneren van onze samenleving zulke enorme tekorten ontstaan, zal dat uiteindelijk een ontwrichtend effect hebben. Met het Talentcenter leveren we een bijdrage om dat te voorkomen. En de jongeren die waarschijnlijk meerdere keren van studie wisselen, voordat ze op het beroepspad zitten dat bij hen past, verliezen kostbare jaren. En al dat gewissel van opleidingen leidt net zo vaak tot demotivatie en zogenaamde schoolmoeheid, waardoor het risico op uitval toeneemt.”

Wetenschappelijke basis

Maar hoe ziet het programma van het Talentcenter er eigenlijk uit? In nauwe samenwerking met de Universiteit van Graz, die garant staat voor een wetenschappelijke basis van de methode, werd een programma samengesteld met 48 toestellen, waarmee de leerlingen op talenten en vaardigheden getest worden. Denk aan de motorische kwaliteiten als oog-, hand- en voetcoördinatie, cognitieve vaardigheden als logisch denken en spreekvaardigheid en ten slotte meer algemene, beroepsrelevante vaardigheden als concentratievermogen en organisatietalent.

Het Talentcenter doet er alles aan om de leerlingen zich op hun gemak te laten voelen, zodat ze zich maximaal kunnen concentreren op de testen. Zo is er een kantine en een relaxzone waar de jongeren zich kunnen ontspannen.

Umdasch: “We ontvangen elk jaar ongeveer 7.500 leerlingen. Dat komt overeen met 75 procent van de leerlingen in de leeftijd van 13 tot 15 jaar in Steiermark. Als de jongere het testparcours heeft doorlopen, gaan wij de resultaten analyseren. Elke leerling krijgt aansluitend een rapportage op maat van gemiddeld zeventien pagina’s die hij of zij via de website met een persoonlijk wachtwoord kan raadplegen. Kortom, een gedegen rapportage op wetenschappelijke grondslag.”

Talentontwikkeling

Leerling betaalt 15 euro

Een gedegen rapportage op wetenschappelijke grondslag… Dat is wel even wat anders dan een adviesje op basis van ingevulde formulieren. Oostenrijkse scholen erkennen inmiddels de meerwaarde van de manier waarop Talentcenter vorm geeft aan beroepsoriëntatie. En om de kosten hoef je het niet te laten. Deze bedragen maar 15 euro per leerling.

De feitelijke kosten liggen een stuk hoger. Het verschil komt uit de kas van de Wirtschaftskammer (WKO), een organisatie die het midden houdt tussen MKB Nederland en de Kamer van Koophandel. Alle Oostenrijkse ondernemers zijn verplicht aangesloten bij de WKO en betalen een contributiebijdrage. De ondernemers, met name uit het midden- en kleinbedrijf, profiteren van de effectieve beroepsoriëntatie. Deze brengt ook beroepen die wat minder bekend of zichtbaar zijn, onder de aandacht van de leerlingen.

Umdasch: “Ja, dat is één van onze sterke punten. We verbinden de talenten en voorkeuren aan concrete beroepen. Dus als er een talent voor ambachtelijk werk komt boven drijven, dan presenteren wij de leerling in kwestie een reeks van beroepen waarin zijn specifieke talent gevraagd is. Ze kunnen vanuit de rapportage direct doorklikken naar de betreffende beroepen voor meer informatie.”

Jongeren van 13 tot 15 jaar

Waarom richt Talentcenter zich voornamelijk op jongeren in de leeftijd tussen 13 en 15? Umdasch: “Enerzijds heeft dat een puur pragmatische reden. Het Oostenrijkse schoolsysteem is zo ingericht, dat leerlingen in die leeftijd een keuze moeten maken. Gaan ze door op de middelbare school om zich voor te bereiden op het hbo of de universiteit? Of gaan ze zich direct voorbereiden op de arbeidsmarkt via werkend leren? Maar wij zien het ook als een belangrijk voordeel, dat ze op die leeftijd nog geen verplichtingen zijn aangegaan die hen zou kunnen beperken in een vrije beroepskeuze. Een vrouw of man die al kinderen heeft, moet zich op andere manier oriënteren op een beroep. De keuze moet passen in het gezinsleven dat hij of zij leidt.”

Hij vervolgt: “Jongeren in de leeftijd 13 tot 15 zijn nog een onbeschreven blad, waardoor je een meer zuiver beeld kunt krijgen van aanleg, talent en voorkeur. En natuurlijk lopen ook wij aan tegen vooroordelen in de samenleving en verwachtingen van ouders, die vaak medebepalend zijn voor de voorkeur en de uiteindelijke keuze. Maar, deze verwachtingen zijn tegelijk ook oorzaak van verkeerde keuzes, waardoor een leerling na het eerste jaar toch nog wil wisselen van studie. Verkeerde keuzes kunnen leiden tot frustraties en een beroepscarrière waar je doodongelukkig van wordt. Wij zijn tevreden als we een bijdrage kunnen leveren om dat te voorkomen.”

Talentontwikkeling

Onbekende talenten

Het gebeurt regelmatig dat Umdasch en de zijnen talenten bij jongeren boven water halen, waarvan ze zelf nog geen idee hadden en daar vervolgens een beroepskeuze op baseren die is aangereikt door het Talentcenter. Cijfers daarover worden om privacyredenen niet bewaard. Maar hij krijgt regelmatig enthousiaste verhalen van docenten te horen. “Dat is dan voor ons een mooie opsteker”, zegt Umdasch, “want wij zijn ervan overtuigd, dat er een verband is tussen ‘gelukkig zijn in je werk’ en ‘dat doen waar je goed in bent’.”

Konstantin Umdasch: “Wij zijn ervan overtuigd, dat er een verband is tussen ‘gelukkig zijn in je werk’ en ‘dat doen waar je goed in bent’.”

Talentcenter in andere landen

Inmiddels zijn er initiatieven naar voorbeeld van het Talentcenter in Graz gestart in Italië, Vlaanderen en Denemarken. Het Talentcenter in Bozen (Italië, Zuid-Tirol) is onder intensieve begeleiding van de mensen in Graz tot stand gekomen. Volgens Konstantin Umdasch die nog altijd zeer betrokken is bij het instituut in Bozen, is het vrijwel een exacte kopie van wat hij en zijn collega’s in Graz doen.

In België heeft het Vlaams netwerk van Ondernemingen (Voka) in samenwerking met de Universiteit van Gent het voortouw genomen. Ze hebben verleden jaar twee Talentcentra geopend, eentje in Technopolis in Mechelen en eentje in Hasselt, beide geënt op het Oostenrijkse voorbeeld.

Over Nederlandse initiatieven is Umdasch niks bekend. “Daar zijn, voor zover ik weet, geen contacten over geweest. Maar het is goed mogelijk dat er Nederlanders bij ons op bezoek zijn geweest. We ontvangen jaarlijks zeker duizend belangstellenden. Onder hen zullen ongetwijfeld enkele Nederlanders geweest zijn. Maar tot iets concreets heeft dat nog niet geleid.”

MKB INFRA zou een dergelijk initiatief in Nederland toejuichen.